Uitgelicht 6

Joep Leerssen

Een vroeg vaandel, midden 19e eeuw, met kenmerkende eigenschappen voor die periode. De adellijke tradities die het Limburgse platteland beheersten stralen er vanaf: de geaccolleerde wapenschilden van de beschermheer en -vrouwe domineren.
Lees meer onder de foto...

De woelige jaren 1830-1848 waren voorbij, Limburg had zijn status aparte als Nederlands hertogdom en lidstaat van de Duitse Bond, verenigd ook in het in 1853 heropgerichte Bisdom Roermond.
In deze jaren kwam cultureel verenigingsleven op het platteland aarzelend van de grond, mede dankzij de Cecilia-beweging in de RK Kerk, die de stichting van parochie-zangkoren stimuleerde, wat dan weer een impuls gaf aan het algemenere muziekleven op parochie-niveau. Met name waar naast de dorpspastoor ook een kasteelheer over het wel en wee van de gemeenschap waakte zien we vaandels uit deze jaren (bijv. ook in Schaesberg en Stein).
Over de heraldiek was nagedacht. De wapenschilden van twee echtgenoten zijn als huwelijksverbinding "geaccolleerd", onder een gemeenschappelijke kroon geplaatst. Ze zijn ovaal van vorm, wat er op zou kunnen wijzen dat degene die het wapen voert (en de vlag heeft geschonken) de vrouw is. Uit de kroon rijst de tweekoppige rijksadelaar op van het oude keizerrijk, als teken van de hoge adellijke status van de familie Van Hoensbroeck. De beide wapenschilden zijn die van Franz Egon von und zu Hoensbroeck en zijn echtgenote Mathilde Franziska von Loë. Normaal gesproken klimt de Hoensbroekse leeuw de andere kant op, maar in een alliantiewapen zou het onhoffelijk zijn om het wapenschild van de echtgenote (de geweerhaakte kram van de Loë’s) de rug toe te keren...
Het vrouwelijke Loë-wapen was zowel dat van Franz Egons echtgenote als van zijn moeder (Alexandrine de Loë, de tante van zijn vrouw). Een andere Loë-verwant, neef Otto Napoleon de Loë (Mheer), schonk in hetzelfde jaar een vaandel aan de harmonie aldaar. Een klein wereldje, de Limburgse adel van die tijd.(JL)

Latest Blog Posts

Uitgelicht 21

Joep Leerssen

Een kijkopdracht... Op vaandels staan vaak de attributen van de verenigingen afgebeeld, en bij de blaasmuziek is daar vaak een stukje partituur of notenschrift bij. Wat staat daar precies?

Lees verder onder de afbeelding...

Het volkslied, of althans de aanhef ervan! Maar welk volkslied? Bij oudere vaandels, van vóór 1914, is dat vaak het "Wien Neerlands Bloed door d’aadren stroomt, van vreemde smetten vrij"... gedicht door Tollens in 1816. De openingsnoten daarvan zien we terug bij bijvoorbeeld Fanfare St Caecilia van Jabeek. Hun vaandel uit 1910 is precies gekopieerd in 1980 en ook daar staat nog die oude deun.

In de late negentiende eeuw, en zeker in de twintigste, werd dat volkslied van Tollens gaandeweg verdrongen door het oude, eerbiedwaardige en statige Wilhelmus. We zien dat op de afbeelding staan in voorbeelden uit Broekhuizenvorst en Ooijen (1952, en opnieuw 1990) en Simpelveld-Huls (1959). Fanfare Ellona van Ell is bij ons weten de enige vereniging die op haar vaandel de aanhef van het Broensgroen Eikenhout heeft staan.

Continue reading

Uitgelicht 20

Joep Leerssen

Op Kasteel Hoensbroek werd de vlag bewaard van een Poolse sportvereniging, de "Sokół"
Leet verder onder de afbeelding...

We zien een man met een zwierige baret-met-veer (kennelijk de Poolse nationale held Tadeusz Kościuszko, 1748–1817), en een Pools opschrift. Vertaald luidt dat Gymnastiekvereniging “Sokół” in Hoensbroek, opgericht op 16 oktober 1916. De keerzijde van de vlag vertoont de Poolse adelaar, zilver op een rood veld, met het opschrift Cześź Ojczyźnie — Czołem ("Heil, vaderland — saluut").

Sokół ("De Valk") was een federatie van gymnastiekverenigingen die op de leest van de Duitse Turnvereine waren geschoeid. De beweging was rond 1860 ontstaan in Tsjechië, waar de nationaal denkende bevolking niet langer in Duitse clubs wilde meedraaien (en dan vooral niet in de Turnvereine die op dat moment fel Duits-nationalistisch werden). Het uniform met de fraaie baret en de veer weerspiegelt het romantische gedachtengoed. De Sokol werd al spoedig populair in alle Slavische gebieden in Centraal-Europa, die in de 19e eeuw allemaal ondergeschikt waren aan de grote keizerrijken van die tijd. De gymnastiek- en atletiekfeesten van de Sokol-clubs en -federaties werden groeiden tussen 1880 en 1914 uit tot pan-Slavische demonstraties.

Ook in Polen bloeide de Sokol (Poolse woordvariant: Sokół). Polen was in 1916 al meer dan een eeuw lang weggevaagd van de Europese landkaart, opgedeeld tussen Pruisen, Oostenrijk en Rusland. De wens naar Poolse onafhankelijkheid werd wakker gehouden in sporadische opstanden, in de literatuur, de muziek (Chopin), en dus ook in de Sokół. Poolse mijnwerkers in Limburg brachten die cultuur met zich mee naar deze contreien. In 1919, drie jaar na deze vlag, zou de Poolse onafhankelijkheid worden hersteld.

UPDATE: Het vaandel is in maart 2022 overgedragen aan het Nederlansds Mijnmuseum, Heerlen.

(Met dank aan Anne-Rose Orbons, curator van Kasteel Hoensbroek), en Frans Wojciechowski).

Continue reading

Uitgelicht 17

Joep Leerssen

Ter ere van Wereld Dierendag een fraaie compositie van boer, landbouwgewassen, een rund en een paard.

Lees verder onder de afbeelding...

De Limburgse Land- en Tuinbouwbond (LLTB) had al vroeg subsidiaire organisaties voor de vrouwen (de roemruchte "Boerinnenbond", thans "ZijActief" en voor de opgroeiende generatie. De "Jonge Boeren" zouden in veel Limburgse dorpen de rol spelen van een soort Jonkheid, zij het met een duidelijk agrarische toonzetting. In het Katholieke Limburg van de jaren 1920-1950 waren de vaandels van de Jonge Boeren vaak sterk religieus van toonzetting, met de patroonheilige Isidorus prominent in beeld, de symbolische combinatie van kruisbeeld en dageraad,  en vaak het motto "trouw het kruis, trouw de ploeg". [....]

Continue reading