Na de "Verdwenen Vlag” van vorige week nu een gelijksoortige exemplaar, dat wel goed bewaard is gebleven. Opnieuw een St. Barbara ondergronds.
Lees verder onder de afbeelding...
Het opschrift is in een taal die op de gemiddelde Limburger vreemd zal overkomen: dit is het vaandel van de "Sloveense Vereniging St. Barbara". De mijnen trokken vanaf het begin arbeid aan vanuit andere landen, en vaak waren dat katholieke landen uit Centraal-Europa: Polen, Tsjechoslowakije of Slovenië. De religie en het ambacht waren punten van gemeenschappelijkheid die voor deze nieuwkomers de “inburgering" in de katholieke Mijnstreek relatief vergemakkelijkten. Beide staan op dit vaandel.
We zien de schutspatrones van mensen in een benarde omgeving, en dus ook van menige mijnwerkersvereniging, afgebeeld in een pijler aan het kolenfront. Ze verschijnt aan een gewonde of uitgeputte kompel en reikt hem een hostie aan. De mijnlamp die de achtergrond verlicht verbeeldt ook het attribuut van de heilige: de toren waarin ze volgens de legende was opgesloten.
Onder de naam van de vereniging bevindt zich, tegen de achtergrond van een stralende zon, een afbeelding van twee verstrengelde handen, symbool van onderlinge hulpverlening. De lier daaronder verwijst naar de culturele doelstelling van de vereniging: het levend houden van de Sloveense tradities. Op deze lier zien we de gekruiste “hamer en houweel”, het traditionele mijnwerkerssymbool, en het oprichtingsjaar. Onderaan de vlag het wapenschild van het Koninkrijk van Serviërs, Kroaten en Slovenen, de op 1 december 1918 uitgeroepen voorloperstaat van het latere Joegoslavië.
De vlag is linksonder gesigneerd “Math. Lommen, Schaesberg 1925”; de kleurrijke, symbolistische stijl is kenmerkend voor dit veel gevraagde atelier.